Klein tasjeskruid - Teesdalia nudicaulis
Tot de Kruisbloemenfamilie wordt ook het Klein Tasjeskruid gerekend.
Bloei
Al in april bloeiend dankzij kieming in de winter, of in de nazomer na kieming in het voorjaar.
Leefplek
Zandige of grindhoudende droge grond. Liefst op zure heidebodems met gras en mossoorten tezamen. Ook in het kalkarme duingebied.
Areaal
W. en M. Europa.
Naam
Het plantje is hooguit 20 cm hoog en dus duidelijk klein. De vruchtjes lijken wat op ronde tasjes. Het Herderstasje is dus een aparte plant ook al heet dat ook ”Tasje”. De naam “Teesdalia” is mogelijk ter ere van de Britse botanicus R. Teesdale (ca. 1780) of wellicht houdt het ook verband met het echte Teesdale. De toevoeging “nudicaulis” (= ”met kale stengels”) is niet geheel correct want er zitten soms wel enkele kleine blaadjes aan de bloemstengeltjes.
Kenmerk
De penwortel bij deze eenjarige draagt in de winter een fraaie wortelrozet van lepelvormige
matig ingesneden blaadjes. Hierop kan in het voorjaar snel een aantal bloemstengels uitgroeien. Deze
dragen aan de top een zich verlengend trosje witte of soms lila kruisbloempjes.
De viertallige bloempjes brengen een vrijwel rond plat hauwtje als vrucht voort. De vorm van het vruchtje
kan echter variëren. Soms is het zelfs een lepeltje. Dat maakt onderscheid met het Gewoon Herderstasje
moeilijk.
Voor een lijst van alle tot nu toe verschenen
plantbeschrijvingen:
Overzicht
Nederlandse namen
Overzicht
wetenschappelijke namen